Geschiedenis
De ijsclub is een club die door een groot deel van de Haaftenaren gedragen wordt. Het lidmaatschap wordt aangegaan per gezin, in tegenstelling tot andere verenigingen, waar je je uitsluitend als individueel lid kunt opgeven. De vereniging telt zo'n 300 gezinnen. Dat betekent binnen de huidige gemiddelde gezinssamenstelling ruim 900 leden. Niet iedereen daarvan is actief, een deel steunt de club uit sympathie.
Prijzengeld als start
In 1946 is de vereniging opgericht. Dit gebeurde na een wedstrijd waarvan niet meer bekend is wie deze wedstrijd georganiseerd had. Wel is bekend dat dokter Wiersma een geldprijs won. Hij komt oorspronkelijk uit het hoge noorden en daarvan is bekend dat ze er met Friese doorlopers aan geboren worden. Wiersma stelde voor om met dat prijzengeld als basis een ijsclub op te richten. Toen de Wiersma's in 1942 in Haaften kwamen wonen, werd vrijwel uitsluitend gezwierd als er ijs was. Zij reden zelf op Friese doorlopers. De Haaftenaren zagen er wel iets in om net zo snel als Wiersma's te kunnen schaatsen. Toch is het natuurlijk niet zo, dat de komst van de Wiersma's de nekslag voor het zwieren is geweest.
De ijsbanen
De beginjaren zijn erg moeilijk geweest omdat er geen vaste plek was om te schaatsen. Er is op veel verschillende plaatsen gereden. Op de 16 Hont punt midden in de Crob, op allerei ondergelopen weilanden, de put aan de Buitenweg, telkens weer werd een andere locatie gevonden. Op de put voor korenmolen 'de Blauwe Reiger' is meerdere malen gereden, maar pas het ijs 12cm dik was. Eindeloos veel mogelijkheden zijn onderzocht. Het oog viel uiteindelijk op de putjes naast het zwembad. Na enkele onderhandelingen met de directeur van de steenfabriek, die zoals uit andere verhalen blijkt, uitstekend met Wiersma door de bocht kon, werd begonnen met het uitbageren van de put in de zomer van 1978. Er was slechts ruimte voor een kleine wedstrijbaan. Alewijn Zeiderveld leende de club een kraan om van de vele putjes één mooie ijsbaan te maken. Dit werd een drama. De kraan zakte weg en kwam vast te zitten. Een kraan van elders moest eraan te pas komen om de weggezakte kraan vlot te trekken en het werk verder af te maken.